Colombia, Bogotá

27-30 januari 2018

Bogotá is een van de snelst groeiende en ontwikkelende steden van Colombia met meer dan acht miljoen inwoners. Colombia is lang beschouwd als onveilig voor toeristen, maar het land heeft de afgelopen vijf jaar een gestage toename van het toerisme gekend. Bogotá bouwt een nieuwe reputatie op als een van de meest opwindende en cultureel diverse steden in Latijns-Amerika. De stad biedt de perfecte bestemming voor toeristen en biedt een groot aantal culturele bezienswaardigheden, unieke ervaringen, koloniale architectuur en traditionele maaltijden.

We komen op het vliegveld aan als het al donker is en hebben horrorverhalen gelezen over taxi’s, waardoor we eerst kijken naar alternatieven om naar ons hotel te komen. Een paar van de taxi 101’s zijn; neem geen taxi vanaf de straat, weet het exacte tarief aan het begin van de reis – in plaats van een hoeveelheid geld weer te geven begint de taximeter vanaf 25 en neemt hij elke honderd meter met 1 toe; geen idee hoeveel het dus daadwerkelijk kost, de taximeter kan ook zomaar een stuk sneller afgesteld staan, veiligheidsgordels zijn er niet en ze rijden als gekken, je kan meegenomen worden op een detour door de stad, ook kan je meegenomen worden voor een Millionaire’s Ride waarbij je een aantal keer mag gaan pinnen, dit laatste kan ook gebeuren met Burundunga; dit is een drug die sommige taxichauffs gebruiken om toeristen te bedwelmen… Oftewel; feest! Ook het hotel die we hebben geboekt via de hotelgift bonnen van René zijn oude werk zit niet in een al te veilige wijk als de zon onder is gegaan. René kijkt naar een Uber, maar buiten besluiten we toch in een taxi te stappen – op het vliegveld schijnt het wel oké te zijn en we zien een oud mannetje staan die we als te vertrouwen bestempelen. Gelukkig klopt dit ook! We spreken een vaste prijs af en hij brengt ons netjes naar hotel Ambar, waar hij zelfs nog even wacht tot we daadwerkelijk binnen zijn (zo onveilig is het blijkbaar).

We kunnen meteen de kamer in, maar hebben nog geen handdoeken, want die zitten nog in de was. We zouden ze binnen vijf minuten krijgen, maar dit blijkt nogal wat meer tijd in beslag te nemen. We besluiten in de buurt wat te gaan eten en daarna ons bed in te duiken. Om de hoek is een grote straat waar het veilig is en waar we iets kunnen eten en drinken. Om hier te komen moeten we ons wel eerst een weg banen tussen de vele zwervers door, die allemaal een graantje mee willen pikken van de nogal blanke gringo’s. We komen terecht bij een Chantonner, een sandwichbar waar we een lekkere sandwich eten en genieten van een biertje. Na ons prachtige avondmaal lopen we twee deuren verder naar een mini supermarktje en kopen we wat biertjes. In de hotelkamer kijken we ‘Wie is de Mol’, gooit Reni nog een biertje om en vallen we daarna vrij snel in slaap.

De volgende dag begint met een ontbijtje en komen we erachter dat het ontbijtteam niet heel snel en logisch te werk gaat. Ook hebben we nog geen handdoeken, waardoor we na het ontbijt nog moeten douchen voordat we naar de verzamelplek voor de Free Walking Tour lopen. We schuiven aan bij een Australiër (die ons uitnodigt), omdat de rest van de tafels vol zit. We komen erachter dat zijn moeder Nederlandse is en dat hij in Colombia is voor zijn werk; hij is een fotograaf. We krijgen uiteindelijk de keuze tussen een sandwich of een eitje, we kiezen de laatste en krijgen daarbij ook nog wat broodjes met boter en jam en een sapje! Na het ontbijt frissen we ons snel op en lopen we richting de verzamelplek van de FWT bij het goudmuseum. Zo’n tour is de beste kennismaking met het centrum van Bogotá, waar je terug in de tijd genomen wordt vanaf de inheemse tijd tot de komst van de Spanjaarden op zoek naar een nieuwe beschaving. Een inzichtelijke, leuke en informatieve wandeling over de geschiedenis, gastronomie, architectuur, de beste plekken om te bezoeken, het culturele aanbod en wat de “Bogotáno” eigenlijk leuk vindt. De wandeltocht neemt je mee langs de beste bezienswaardigheden die de wijk La Candelaria te bieden heeft en dat zijn er aardig wat! We drinken chicha met appelsmaak, gaan naar het Botero museum en zien allerlei historische gebouwen. La Candelaria is het historische centrum van Bogotá, waar de stad meer dan 300 jaar geleden werd gesticht. Een groot deel van de wijk bestaat uit kleurrijke koloniale gebouwen, waarbij veel van de historische architectuur bewaard is gebleven naast de moderne kantoorgebouwen in het gebied. Vooral de mix van oud (mooi) en nieuw (soms best wel lelijk) is fascinerend en eigenlijk best wel tof!

We besluiten na de tour nog een paar museumpjes te pakken en terug te lopen naar het Botero museum. Dit museum is een van de beroemdste kunstmusea van Bogotá. Het is een viering van één van Colombia’s meest talentvolle kunstenaars; Fernando Botero. Zijn werk en stijl, Boterismo genaamd, is onmiskenbaar, omdat het meestal mensen en dieren in overdreven proporties en volumes weergeeft. Zijn werk wordt tentoongesteld in musea over de hele wereld, maar de collectie in Bogotá is de grootste. Botero heeft een groot deel van zijn eigen collectie geschonken aan de stad met als voorwaarde dat de entree van het museum altijd gratis is. Toffe kerel die Fernando! Andere werken van kunstenaars als Dalí, Degas en zelfs Picasso zijn ook te zien in het museum, deze komen ook uit Botero’s eigen collectie. Na dit museum lopen we door in Museo de Arte del Banco de la Republica, naar de afdeling moderne kunst. Na een goede dosis kunst verlaten we het museum en delen we bij Bistro Jiménez een menuutje samen, wat bestaat uit een soepje, half broodje en een saladetje.

Het goudmuseum is de volgende op het lijstje, want deze is de volgende dag gesloten. Het is een must-see en bevat meer dan 55.000 handgemaakte goudstukken, gevonden in verschillende regio’s van het land. We hebben ook de mazzel dat de entree op zondag gratis is, feest! We gaan in de rij bij het museum en bij binnenkomst komen we erachter dat het vrij druk is. We lopen door, maar na één verdieping houden we het voor gezien. Hoe mooi of interessant dat goudverhaal ook mag zijn, we voelen er niets voor om in een kudde mensen duwend en trekkend door het museum te gaan.

Na het het gefaalde tripje naar het goudmuseum lopen we terug naar Santuario Nuestra Señora del Carmen, één van de mooiste en meest historische katholieke kerken in Bogotá, gewijd aan de Maagd Maria. Gelegen in La Candelaria, werd het ingewijd in 1938 en staat het bekend om zijn gotische, Florentijnse stijl. De kerk moet van binnen ook prachtig zijn, maar helaas krijgen we daar niets van te zien, omdat de kerk gesloten is. We besluiten verder te lopen naar een andere kerk, die omgetoverd is naar een museum; Museo Iglesia Santa Clara. Onderweg komen we nog een soort optocht met allerlei officiële mannetjes tegen en mogen we niet meer op de stoep van het parlementsgebouw lopen, waar net al die mannetjes blijkbaar uitgekomen zijn. Het kerkmuseum van Santa Clara is een van de oudste kerken in Bogotá en is nu een museum dat wordt gerund door de overheid. Het werd gebouwd tussen 1629 en 1674 en het interieur is bijna geheel in goud geverfd. We hebben geluk; ook de entree hier is gratis.

We lopen door de Calendaria wijk weer terug naar ons hotel en drinken we ’s avonds aan dezelfde straat als de vorige dag een biertje onder het genot van een spelletje pesten. Na een paar biertjes halen we wat sandwiches om mee te nemen bij Chantonner en haalt Reni nog wat biertjes en water bij de supermarkt ernaast. Reni komt trots terug met haar buit, wat een iets minder grote buit blijkt te zijn dan ze dacht. Ze moest namelijk ongeveer $20.000 pesos betalen, betaalde met $50.000 en kwam terug met $4.000. Oeps! Snel terug naar de winkel, waar ze het voorlegde en extra geld meekreeg, wat ze niet nakeek, waardoor ze bij aankomst bij René er weer achterkwam dat ze te weinig had teruggekregen. Oké, misschien is het goed dat René de penningmeester is deze reis en we hebben ook een sterk vermoeden dat Reni de Mol is. Na een laatste keer terug te gaan naar de supermarkt komt ze eindelijk met genoeg centjes terug. We peuzelen onze broodjes op en drinken een biertje in bed, waarna we lekker gaan snurken.

De laatste volle dag in Bogotá doen we in de ochtend rustig aan, lunchen we ’s middags weer bij Bistro Jiménez – met veel groentjes, waar René iets minder blij van wordt – en lopen we daarna naar Cerro Monserrate, de berg midden in de stad. Geen reis naar Bogotá is compleet zonder dit uitstapje naar 3.152 meter hoogte met de kathedraal en zijn spectaculaire uitzicht. Om de top van de berg en de kathedraal te bereiken, kun je de teleférico (gondel), de funicular (kabelspoorweg) of de benenwagen nemen. Die eerste is vandaag gesloten en de laatste willen we graag naar beneden doen. Helaas blijkt dit geen optie meer, waardoor we een retourticket in de funicular moeten nemen. René baalt als een stekker, want die had graag willen lopen. Als we boven aankomen lopen we rustig aan naar de historische kerk en heiligdom gewijd aan “El Señor Caído” wat de gevallen heer betekent. Sinds de wijding in de 17e eeuw hebben velen de berg bewandeld als een bedevaart om gebeden en offers te brengen aan het heiligdom. We zien naast de kerk dat het looppad naar beneden gewoon nog geopend is tot 16.00u, dus we besluiten toch de benenwagen naar beneden te nemen. We hebben al wat prachtige uitzichten gehad, maar de weg naar beneden is ook adembenemend. Onderweg zien we elke 100 meter zo ongeveer een paar politiemannen staan, dus we worden ook nog goed beschermd. Blijkbaar is het hier dus echt niet heel erg veilig, maar daar merken we gelukkig niet veel van. Na een steile tocht naar beneden en wat prachtige kiekjes te hebben gemaakt proberen we beneden nog ons kaartje te verkopen die overgebleven is omdat we lopend naar beneden zijn gegaan en dit lukt. We lopen door naar The Pub in La Candelaria, waar we een welverdiend biertje drinken, een schaal frieten naar binnen werken en een potje pesten spelen.

De volgende ochtend gaan we vroeg uit de veren om ons vliegtuig richting Pereira te halen en daarna meteen door te rijden richting Salento. De vlucht richting Pereira is ongeveer even duur als de bus (€25 euro) en doet er een stuk korter over. Die keuze is dus snel gemaakt! We ontbijten om 07.00u en vertrekken om 07.30u richting vliegveld, met een taxi die we regelen via het hotel – toch nog een beetje spannend. We worden veilig en netjes afgezet op het vliegveld en alles verloopt vervolgens soepeltjes. Dit keer geen vertraging, dat mag ook wel eens. Om 09.40u vliegen we weg in een klein vliegtuigje van EasyFly, op naar Salento!

 

Comments are closed